๐Ÿ˜ƒ
Meerveen Roleplay
  • โœŠMeerveen Roleplay
  • ๐Ÿ› ๏ธBenodigdheden
  • ๐Ÿ“˜Meerveen wetten
    • Wettenbundel
      • Wettenbundel Gemeente Meerveen
        • Deel 1 - Basis
        • Deel 2 - Mededeling van de rechten
      • Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Meerveen
        • Hoofdstuk 1 - Bepalingen
          • Artikel 1:1 APV [Algemene Bepalingen]
          • Artikel 1:2 APV [Toezichthouders]
          • Artikel 1:2a APV [Verleners vergunning of ontheffing]
          • Artikel 1:3 APV [Voorschriften en beperkingen]
          • Artikel 1:4 APV [Persoonlijk karakter van vergunning of ontheffing]
          • Artikel 1:5 APV [Intrekking of wijziging van vergunning of ontheffing]
          • Artikel 1:6 APV [Termijnen]
          • Artikel 1:7 APV [Weigeringsgronden]
        • Hoofdstuk 2 - Maatregelen van de burgemeester
          • Artikel 2:1 APV [Veiligheidsrisicogebieden]
          • Artikel 2:2 APV [Bepalingen Gebiedsontzegging]
          • Artikel 2:3 [Categorieรซn gebiedsontzegging]
        • Hoofdstuk 3 - Openbare Orde
          • Artikel 3:1 APV [Samenscholing en ongeregeldheden]
          • Artikel 3:2 APV [Straatintimidatie]
          • Artikel 3:3 APV [Vervoer inbrekerswerktuigen]
          • Artikel 3:4 APV [Bedelen]
          • Artikel 3:5 APV [Hinderlijk gedrag op openbare plaatsen]
          • Artikel 3:5a APV [Vechten in het openbaar]
          • Artikel 3:6 APV [Hinderlijk gedrag bij of in gebouwen]
          • Artikel 3:6a APV [Hinderlijk gedrag bij lokalen voor openbare dienst]
          • Artikel 3:7 APV [Openlijk drugsgebruik]
        • Hoofdstuk 4 - Evenementen en betogingen
          • Artikel 4:1 APV [Definitie evenement]
          • Artikel 4:2 APV [Evenementvergunning]
          • Artikel 4:3 APV [Kennisgeving betogingen op openbare plaatsen]
          • Artikel 4:4 APV [Ordeverstoring]
      • Wetboek van Strafvordering
        • Titel I Strafvordering in het algemeen
          • Artikel 1 WvSv [Legaliteitsbeginsel]
        • Titel II De verdachte
          • Artikel 12f WvSv [Advocaten]
          • Artikel 12g WvSv [Verdachte is niet tot antwoorden verplicht]
          • Artikel 27 WvSv [Verdachte]
          • Artikel 27a WvSv [Vaststelling identiteit]
          • Artikel 27c WvSv [Mededelen van rechten aan verdachte]
          • Artikel 27cb WvSv [Plaats van verhoor]
          • Artikel 27d WvSv [Getuige of verdachte]
          • Artikel 27e WvSv [Informeren naasten] Op verzoek van de aangehouden verdachte geeft de hulpofficier
          • Artikel 28 WvSv [Bijstand door raadsman]
          • Artikel 28a WvSv [Afstand van rechtsbijstand]
          • Artikel 28c WvSv [Overleg met raadsman vรณรณr verhoor]
          • Artikel 29 WvSv [Verklaringsvrijheid en zwijgrecht]
          • Artikel 29a WvSv [P-v verhoor]
          • Artikel 29b WvSv [Tolk]
          • Artikel 29c WvSv [Vaststellen identiteit bij verhoor]
        • Titel IIA Kennisneming van processtukken
          • Artikel 30 WvSv [Kennisneming van processtukken. Uitzondering]
        • Titel IV Eenige bijzondere dwangmiddelen
          • Artikel 52 WvSv [Vragen persoonsgegevens. Staande houden]
          • Artikel 53 WvSv [Aanhouding bij heterdaad]
          • Artikel 54 WvSv [Aanhouding buiten heterdaad]
          • Artikel 55 WvSv [Plaats of woning betreden]
          • Artikel 55b WvSv [Bevoegdheden bij aanhouding]
          • Artikel 55c WvSv [Vaststellen identiteit verdachte]
          • Artikel 56 WvSv [Onderzoek aan lichaam of kleding]
          • Artikel 56a WvSv [Ophouden of vrijlaten]
          • Artikel 57 WvSv [Inverzekeringstelling]
          • Artikel 95 WvSv [Inbeslagneming bij aanhouden of staande houden]
          • Artikel 96 WvSv [Bevoegdheid opsporingsambtenaar. Veiligstellen voorwerpen]
          • Artikel 96b WvSv [Doorzoeken vervoermiddel ter inbeslagneming]
          • Artikel 96a WvSv [Bevel tot uitlevering in beslag te nemen voorwerp]
          • Artikel 96c WvSv [Doorzoeken van plaatsen door (hulp-)OvJ ter inbeslagneming]
          • Artikel 97 WvSv [Doorzoeking zonder toestemming bewoner]
          • Artikel 99a WvSv [Bijstand raadsman]
        • Titel VI Beteekenis van sommige in het wetboek voorkomende uitdrukkingen
          • Artikel 127 WvSv [Opsporingsambtenaren]
          • Artikel 128 WvSv [Ontdekking op heterdaad]
          • Artikel 133 [Voorlopige hechtenis]
        • Titel I Het opsporingsonderzoek
          • Artikel 141 WvSv [Algemene opsporingsbevoegdheid]
          • Artikel 148 WvSv [Opsporing van strafbare feiten]
          • Artikel 152 WvSv [Proces-verbaal]
          • Artikel 153 WvSv [Op ambtseed. Ondertekening]
          • Artikel 161 WvSv [Bevoegdheid tot aangifte]
          • Artikel 163 WvSv [Procedure aangifte strafbaar feit]
          • Artikel 164 WvSv [Klachtdelicten]
          • Artikel 167 WvSv [Opportuniteitsbeginsel]
        • Titel II De rechter-commissaris belast met de behandeling van strafzaken
          • Artikel 170 WvSv [R-C in elke rechtbank]
        • Titel IVA Vervolging door een strafbeschiking
          • Artikel 257a WvSv [Strafbeschikking]
        • Titel VI Behandeling van de zaak door de rechtbank
          • Artikel 268 WvSv [Meervoudige kamer. R-C neemt geen deel aan onderzoek]
          • Artikel 270 WvSv [Aanvang onderzoek]
          • Artikel 312 WvSv [Aanvulling telastlegging met strafverzwarende omstandigheden]
          • Artikel 313 WvSv [Wijziging der telastlegging]#
          • Artikel 338 WvSv [Onmiddellijkheidsbeginsel]
          • Artikel 339 WvSv [Bewijsmiddelen]
          • Artikel 340 WvSv [Eigen waarneming van rechter]
          • Artikel 341 WvSv [Verklaring van verdachte]
          • Artikel 369a WvSv [Maximumstraf opsporingsambtenaar.]
      • Wetboek van strafrecht
        • Titel I Omvang van de werking van de strafwet
          • Artikel 1 WvSr [Legaliteitsbeginsel. Verandering in wetgeving]
          • Artikel 2 WvSr [Toepasselijkheid binnen Meerveen territoir]
        • Titel II [Straffen]
          • Artikel 9 WvSr [Hoofd- en bijkomende straffen]
          • Artikel 9a WvSr [Rechterlijk pardon]
          • Artikel 10 WvSr [Duur van gevangenisstraf]
          • Artikel 23 WvSr [Geldboete. Categorieรซn]
          • Artikel 33 WvSr [Verbeurdverklaring. Draagkrachtbeginsel]
          • Artikel 33a WvSr [Vatbaarheid voor verbeurdverklaring]
          • Artikel 36e WvSr [Ontneming wederrechtelijk verkregen voordeel]
        • Titel III [Uitsluiting en verhoging van strafbaarheid]
          • Artikel 40 WvSr [Overmacht]
          • Artikel 41 WvSr [Noodweer(exces)]
          • Artikel 42 WvSr [Wettelijk voorschrift]
          • Artikel 43 WvSr [(Onbevoegd) ambtelijk bevel]
          • Artikel 44 WvSr [Strafverhoging voor ambtenaar]
        • Titel IV [Poging en voorbereiding]
          • Artikel 45 WvSr [Poging tot misdrijf]
          • Artikel 46 WvSr [Voorbereiding van ernstig misdrijf]
          • Artikel 46a WvSr [Poging ander tot misdrijf te bewegen]
          • Artikel 46b WvSr [Vrijwillige niet-voltooiing misdrijf]
        • Titel V [Deelneming aan strafbare feiten]
          • Artikel 47 WvSr [Soorten daders]
          • Artikel 48 WvSr [Medeplichtigheid]
          • Artikel 49 WvSr [Strafbepaling bij medeplichtigheid]
        • Titel VI [Samenloop van strafbare feiten]
          • Artikel 55 WvSr [Eรฉndaadse samenloop]
          • Artikel 56 WvSr [Voortgezette handeling]
          • Artikel 57 WvSr [Meerdaadse samenloop en gelijksoortige hoofdstraffen]
          • Artikel 58 WvSr [Meerdaadse samenloop en ongelijksoortige hoofdstraffen]
        • Titel VII [Indiening en intrekking van de klacht bij misdrijven alleen op klacht vervolgbaar]
          • Artikel 64 WvSr [Klachtgerechtigde bij klachtdelict]
        • Titel VIII [Verval van het recht tot strafvordering en van de straf]
          • Artikel 68 WvSr [Ne bis in idem]
          • Artikel 69 WvSr [Dood van verdachte]
          • Artikel 70 [Verjaring recht tot strafvordering]
        • Titel IX [Betekenis van sommige in het wetboek voorkomende uitdrukkingen]
          • Artikel 78 WvSr [Begripsbepaling 'misdrijf']
          • Artikel 80 WvSr [Begripsbepaling 'samenspanning']
          • Artikel 81 WvSr [Begripsbepaling 'plegen van geweld']
          • Artikel 82 WvSr [Begripsbepaling 'zwaar lichamelijk letsel']
          • Artikel 89 WvSr [Begripsbepaling 'inklimming']
          • Artikel 90 WvSr [Begripsbepaling 'valse sleutels']
          • Artikel 90novies WvSr [Begripsbepaling geweldsinstructie politie]
          • Page 2
      • Tweede Boek Misdrijven
        • Titel V [Misdrijven tegen de openbare orde]
          • Artikel 131 WvSr [Opruiing]
          • Artikel 138 WvSr [Huisvredebreuk]
          • Artikel 139 WvSr [Lokaalvredebreuk]
          • Artikel 140 WvSr [Deelneming aan criminele organisatie]
          • Artikel 141 WvSr [Openlijke geweldpleging]
          • Artikel 141a WvSr [Hulp bij geweldpleging]
          • Artikel 142 WvSr [Vals alarm slaan]
          • Artikel 149 WvSr [Grafschennis]
          • Artikel 151 WvSr [Onttrekken van lijk aan nasporing]
        • Titel VII [Misdrijven waardoor de algemene veiligheid van personen of goederen wordt in gevaar gebra
          • Artikel 157 WvSr [Opzettelijk brand, ontploffing of overstroming veroorzaken]
        • Titel VIII [Misdrijven tegen het openbaar gezag]
          • Artikel 177 WvSr [Omkoping van ambtenaar]
          • Artikel 179 WvSr [Ambtsdwang]
          • Artikel 180 WvSr [Wederspannigheid]
          • Artikel 184 WvSr [Niet voldoen aan ambtelijk bevel]
          • Artikel 185 WvSr [Bemoeilijken terechtzitting en ambtshandeling]
          • Artikel 186 WvSr [Samenscholing]
          • Artikel 188 WvSr [Valse aangifte of klacht]
          • Artikel 189 WvSr [Hulp aan dader na misdrijf]
          • Artikel 190 WvSr [Lijkschouwing beletten]
          • Artikel 191 WvSr [Bevrijding van gevangene]
          • Artikel 196 WvSr [Aanmatiging van ambt]
        • Titel XII [Valsheid met geschriften, gegevens en biometrische kenmerken]
          • Artikel 231 WvSr [Vals reisdocument of identiteitskaart]
          • Artikel 261 WvSr [Smaad(schrift)]
          • Artikel 262 WvSr [Laster]
          • Artikel 266 WvSr [Eenvoudige belediging]
          • Artikel 269 WvSr [Belediging is klachtdelict]
        • Titel XVIII [Misdrijven tegen de persoonlijke vrijheid]
          • Artikel 282 WvSr [Opzettelijke vrijheidsberoving]
          • Artikel 282a WvSr [Gijzeling]
          • Artikel 284 WvSr [Dwang]
          • Artikel 285 WvSr [Bedreiging met ernstig misdrijf]
          • Artikel 285b WvSr [Stalking]
        • Titel XIX [Misdrijven tegen het leven gericht]
          • Artikel 287 WvSr [Doodslag]
          • Artikel 288 WvSr [Gekwalificeerde doodslag]
          • Artikel 289 WvSr [Moord]
        • Titel XX [Mishandeling]
          • Artikel 300 WvSr [Mishandeling]
          • Artikel 301 WvSr [Mishandeling met voorbedachten rade]
          • Artikel 302 WvSr [Zware mishandeling]
          • Artikel 303 WvSr [Zware mishandeling met voorbedachten rade]
          • Artikel 304 WvSr [Strafverhogende omstandigheden mishandeling]
        • Titel XXI [Veroorzaken van de dood of van lichamelijk letsel door schuld]
          • Artikel 307 WvSr [Dood door schuld]
          • Artikel 308 WvSr [Zwaar lichamelijk letsel door schuld]
        • Titel XXII [Diefstal en stroperij]
          • Artikel 310 WvSr [Diefstal]
          • Artikel 312 WvSr [Diefstal met geweldpleging]
        • Titel XXIII [Afpersing en afdreiging]
          • Artikel 317 WvSr [Afpersing]
          • Artikel 318 WvSr [Afdreiging]
        • Titel XXIV [Verduistering]
          • Artikel 321 WvSr [Verduistering]
        • Titel XXV [Bedrog]
          • Artikel 326 WvSr [Oplichting]
        • Titel XXVII [Vernieling of beschadiging]
          • Artikel 350 WvSr [Beschadigen goederen/dieren]
        • Titel XXX [Begunstiging]
          • Artikel 416 WvSr [Opzetheling]
          • Artikel 417 WvSr [Gewoonteheling]
          • Artikel 417bis WvSr [Schuldheling]
        • Titel XXXA [Witwassen]
          • Artikel 420bis WvSr [Witwassen]
          • Artikel 420bis.1 WvSr [Eenvoudig witwassen]
      • Derde Boek [Overtredingen]
        • Titel I [Overtredingen betreffende de algemene veiligheid van personen en goederen]
          • Artikel 424 WvSr [Straatschenderij]
          • Artikel 426bis WvSr [Hinderlijk volgen]
          • Artikel 426ter WvSr [Belemmeren hulpverlener]
        • Titel II [Overtredingen betreffende de openbare orde]
          • Artikel 435 WvSr [Valse naam of titel]
        • Titel III [Overtredingen betreffende het openbaar gezag]
          • Artikel 447e WvSr [Identificatieplicht]
        • Titel VI [Overtredingen betreffende de zeden]
          • Artikel 453 WvSr [Openbare dronkenschap]
        • Titel VII [Overtredingen betreffende de veldpolitie]
          • Artikel 461 WvSr [Verboden toegang voor onbevoegden]
      • Wet Wapen en Munitie
        • Hoofdstuk 1 [Algemene bepalingen]
          • Artikel 1 WWM [Begripsbepalingen]
          • Artikel 2 WWM [Wapens en munitie: categorieรซn]
          • Artikel 3 WWM [Hulpstukken en onderdelen]
        • Hoofdstuk 2 [Bepalingen voor wapens van categorie I]
          • Artikel 13 WWM [Vervaardigen etc.]
        • Hoofdstuk 3 [Binnenkomen en uitgaan van wapens en munitie van de categorieรซn II en III]
          • Artikel 14 WWM [Verbod binnenkomen en uitgaan]
        • Hoofdstuk 4 [Vervoer van wapens en munitie van de categorieรซn II en III]
          • Artikel 22 WWM [Vervoer. Verbodsbepaling]
        • Hoofdstuk 5 [Voorhanden hebben en dragen van wapens en munitie van de categorieรซn II, III]
          • Artikel 26 WWM [Verbod voorhanden hebben]
          • Artikel 27 WWM [Verbod dragen van wapens]
        • Hoofdstuk 11a [Opsporing]
          • Artikel 49 WWM [Doorzoeking ter inbeslagneming]
          • Artikel 51 WWM [Onderzoek aan vervoermiddelen. Stopbevel]
          • Artikel 52 WWM [Inbeslagneming. Uitlevering. Onderzoek aan kleding.
        • Hoofdstuk 12 [Strafbepalingen]
          • Artikel 55 WWM [Gevangenisstraf voor het dragen/ vervoeren van een wapen]
      • Opiumwet
        • Artikel 1 Opw [Definities]
        • Artikel 1.1 Opw [legale hoeveelheden]
        • Artikel 2 Opw [Verbodsbepaling. Lijst I, aangewezen middelen]
        • Artikel 9 Opw [Opsporingsbevoegdheden]
        • Artikel 10 Opw [Sanctie hard drugs]
        • Artikel 10.1 Opw [Sanctie soft drugs]
    • Wegens Verkeerswet
      • Wegenverkeerswet 1994
      • Wet Mulder
      • RVV 1990
      • Regeling maatregelen Rijvaardig
      • Regelement rijbewijzen
      • Regelement voertuigen
      • Besluit voertuigen
    • Politiewetten
      • Politiewet 2012
      • Ambtsinstructie
    • Overig
      • Algemene wet bestuursrecht
      • Wet op de indentieficatieplicht
      • Paspoortwet
      • Algemene wet op het binnentreden
      • Wet gedeeltelijk verbod gezichtsbedekkende kledij
    • strafvorderingsrichtlijnen
    • beleidsregels
  • ๐Ÿ“•Meerveen APV
    • ๐Ÿ‘ฎStrafbepaling
    • โš–๏ธMeerveen Roleplay - Artikelen
      • Artikel 1 | Cheats
      • Artikel 2 - Bug-abuse / exploits
      • Artikel 3 - Meerdere accounts/karakters
      • Artikel 4 - IRL trading
      • Artikel 5 - weggeven van items / ontvangen hiervan
      • Artikel 6 - VDM (Vehicle Deathmatch)
      • Artikel 7 - RDM (Random Death Match)
      • Artikel 8 - Stream Sniping
      • Artikel 9 - FailRP
      • Artikel 10 - NVOL (No Value of Life)
      • Artikel 11 - New Life Rule
      • Artikel 12 - Overvallen
      • Artikel 13 - Powergaming
      • Artikel 14 - Toxic gedrag
      • Artikel 15 - GTA Drivestyle
      • Artikel 16 - Geen intentie tot roleplay.
      • Artikel 17 - Metagaming
      • Artikel 18 - Combatloggen
      • Artikel 19 - Oplichten
      • Artikel 20 - Burgers overvallen
      • Artikel 21 - Ongepast taalgebruik
      • Artikel 22 - Taal
      • Artikel 23 - Gebruik van boeien
      • Artikel 24 - Microfoon
      • Artikel 25 - Stemvervormers
      • Artikel 26 - Karakter breken (OOC)
      • Artikel 27 - Report spam
      • Artikel 28 - Appartementen
      • Artikel 29 - Achtervolgingen
      • Artikel 30 - Ontsnappen cellencomplex
      • Artikel 31 - Campen van locaties
      • Artikel 32 - Standaard outfit
      • Artikel 33 - Impersonatie van overheidsmedewerkers
      • Artikel 34 - Corruptie
      • Artikel 35 - Staff
      • Artikel 35A - Staff
      • Artikel 36 - Copbaiten
      • Artikel 37 - Verstoring RP
      • Artikel 38 - Stemherkenning
      • Artikel 39 - Illegale activiteiten op social media
      • Artikel 40 - Regels bij het krijgen van hostages
      • Artikel 41 - Criminele activiteiten tegen overheidsmedewerkers
      • Artikel 42 - Het gebruik van een Wapen
Powered by GitBook
On this page
  1. Meerveen wetten
  2. Politiewetten

Politiewet 2012

Politiewet 2012

Hoofdstuk 1 Begripsbepalingen

Artikel 1 PW 2012 [Begripsbepaling]

  1. In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

    1. politie: het landelijke politiekorps, bedoeld in artikel 25, eerste lid;

    2. korpschef: de korpschef, bedoeld in artikel 27;

    3. eenheid: een regionale of landelijke eenheid;

Artikel 2 PW 2012 [Ambtenaren van politie]

  1. Ambtenaren van politie in de zin van deze wet zijn:

    1. ambtenaren die zijn aangesteld voor de uitvoering van de politietaak;

    2. ambtenaren die zijn aangesteld voor de uitvoering van technische, administratieve en andere taken ten dienste van de politie;

    3. vrijwillige ambtenaren die zijn aangesteld voor de uitvoering van de politietaak, onderscheidenlijk voor de uitvoering van technische, administratieve en andere taken ten dienste van de politie;

    4. ambtenaren van de rijksrecherche die zijn aangesteld voor de uitvoering van de politietaak, onderscheidenlijk voor de uitvoering van technische, administratieve en andere taken ten dienste van de rijksrecherche.

Hoofdstuk 2 De uitvoering van de politietaak

Artikel 3 PW 2012 [Taak politie]

De politie heeft tot taak in ondergeschiktheid aan het bevoegd gezag en in overeenstemming met de geldende rechtsregels te zorgen voor de daadwerkelijke handhaving van de rechtsorde en het verlenen van hulp aan hen die deze behoeven.

Artikel 4 PW 2012 [Politietaken Koninklijke marechaussee]

  1. Aan de Koninklijke marechaussee, die onder het beheer van Onze Rechter staat, zijn, onverminderd het bepaalde bij of krachtens andere wetten, de volgende politietaken opgedragen:

    1. de uitvoering van de politietaak op de luchthavem en op de andere door Onze Minister en Onze Minister van Defensie aangewezen luchtvaartterreinen, alsmede de beveiliging van de burgerluchtvaart;

    2. de verlening van bijstand alsmede de samenwerking met de politie krachtens deze wet, daaronder begrepen de assistentieverlening aan de politie bij de bestrijding van grensoverschrijdende criminaliteit, het bewaken en beveiligen van objecten en diensten;

    3. de uitvoering van de politietaak op plaatsen onder beheer van Onze Rechter.

    4. de bestrijding van mensensmokkel en van fraude met reis- en identiteitsdocumenten;

  2. Hoewel bevoegd tot de opsporing van alle strafbare feiten, onthoudt de militair van de Koninklijke marechaussee die is aangewezen krachtens artikel 141 van het Wetboek van Strafvordering, zich van optreden anders dan in het kader van de uitvoering van zijn politietaken, bedoeld in het eerste lid.

Artikel 5 PW 2012 [Samenwerking politie met Koninklijke marechaussee]

Bij regeling van Onze Rechter kunnen regels worden gegeven over de samenwerking van de politie met de Koninklijke marechaussee.

Artikel 6 PW 2012 [Bevoegd in het gehele land]

  1. De ambtenaar van politie is bevoegd zijn taak uit te oefenen in het gehele land.

Artikel 7 PW 2012 [Geweldgebruik. Binnentreden. Fouilleren]

  1. De ambtenaar van politie die is aangesteld voor de uitvoering van de politietaak, is bevoegd in de rechtmatige uitoefening van zijn bediening geweld of vrijheidsbeperkende middelen te gebruiken, wanneer het daarmee beoogde doel dit, mede gelet op de aan het gebruik hiervan verbonden gevaren, rechtvaardigt en dat doel niet op een andere wijze kan worden bereikt. Aan het gebruik van geweld gaat zo mogelijk een waarschuwing vooraf.

  2. De ambtenaar van politie, bedoeld in het eerste lid, heeft toegang tot elke plaats, voor zover dat voor het verlenen van hulp aan hen die deze behoeven, redelijkerwijs nodig is.

  3. De ambtenaar van politie, bedoeld in het eerste lid, is bevoegd tot het onderzoek aan de kleding van personen en het onderzoek van de voorwerpen die personen bij zich dragen of met zich mee voeren bij de uitoefening van een hem wettelijk toegekende bevoegdheid of bij een handeling ter uitvoering van de politietaak, indien uit feiten of omstandigheden blijkt dat een onmiddellijk gevaar dreigt voor hun leven of veiligheid of die van de ambtenaar zelf of van derden, en dit onderzoek noodzakelijk is ter afwending van dit gevaar.

  4. De ambtenaar van politie, bedoeld in het eerste lid, is bevoegd een te vervoeren of in te sluiten persoon aan zijn kleding te onderzoeken op de aanwezigheid van voorwerpen die een gevaar voor de veiligheid van betrokkene of voor anderen kunnen vormen, alsmede daartoe de voorwerpen te onderzoeken die betrokkene bij zich draagt of met zich mee voert.

  5. De ambtenaar van politie, belast met de leiding over de zorg voor ingeslotenen, kan bepalen dat een in te sluiten of ingesloten persoon bij binnenkomst of bij het verlaten van een politiecel of een politiecellencomplex, voorafgaand aan of na afloop van bezoek, dan wel indien dit anderszins noodzakelijk is in het belang van de handhaving van de orde of de veiligheid in het politiebureau of het cellencomplex, aan zijn lichaam wordt onderzocht.

  6. De officier van justitie kan bepalen dat een in te sluiten of ingesloten persoon in het lichaam wordt onderzocht, indien dit noodzakelijk is ter afwending van ernstig gevaar voor de handhaving van de orde of de veiligheid in het politiebureau of het cellencomplex dan wel voor de gezondheid van de ingeslotene. Het onderzoek in het lichaam wordt verricht door een arts of, in diens opdracht, door een verpleegkundige.

  7. De uitoefening van de bevoegdheden, bedoeld in het eerste tot en met zesde lid, dient in verhouding tot het beoogde doel redelijk en gematigd te zijn.

  8. Het eerste tot en met vierde lid zijn van overeenkomstige toepassing op de militair van de Koninklijke marechaussee, indien hij optreedt in de rechtmatige uitoefening van zijn bediening, en op de militair van enig ander onderdeel van de krijgsmacht die op grond van deze wet bijstand verleent aan de politie. Het vijfde en zesde lid zijn van overeenkomstige toepassing indien een persoon wordt of is ingesloten door de Koninklijke marechaussee, met dien verstande dat de beslissing, bedoeld in het vijfde lid, eerste volzin, wordt genomen door de commandant van de betrokken brigade, zijn plaatsvervanger of de militair van de Koninklijke marechaussee, belast met de zorg voor ingeslotenen.

Artikel 8 PW 2012 [Vorderen inzage identiteitsbewijs]

  1. Een ambtenaar van politie die is aangesteld voor de uitvoering van de politietaak, is bevoegd tot het vorderen van inzage van een identiteitsbewijs van de Wet op de identificatieplicht van personen, voor zover dat redelijkerwijs noodzakelijk is voor de uitvoering van de politietaak.

  2. Gelijke bevoegdheid komt toe aan de militair van de Koninklijke marechaussee, voor zover dat redelijkerwijs noodzakelijk is voor de uitvoering van zijn politietaak, bedoeld in artikel 4, eerste lid, en aan de militair van de Koninklijke marechaussee of van enig ander onderdeel van de krijgsmacht die op grond van deze wet bijstand verleent aan de politie.

Artikel 9 PW 2012 [Ambtsinstructie]

  1. Bij algemene maatregel van bestuur wordt een ambtsinstructie voor de politie en voor de Koninklijke marechaussee vastgesteld.

  2. Indien de militair van enig ander onderdeel van de krijgsmacht op grond van deze wet bijstand verleent aan de politie is de ambtsinstructie van toepassing.

  3. In de ambtsinstructie worden regels gesteld ter uitvoering van de artikelen 6 en 7.

  4. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden nadere regels gesteld omtrent maatregelen waaraan rechtens van hun vrijheid beroofde personen met het oog op hun insluiting kunnen worden onderworpen, voor zover dit noodzakelijk is in het belang van hun veiligheid of de veiligheid van anderen.

  5. Het vierde lid is van overeenkomstige toepassing op personen die ten behoeve van de hulpverlening aan hen zijn ondergebracht bij de politie of de Koninklijke marechaussee.

Artikel 12 PW 2012 [Gezag OvJ]

  1. Indien de politie optreedt ter strafrechtelijke handhaving van de rechtsorde, dan wel taken verricht ten dienste van de justitie, staat zij, tenzij in enige wet anders is bepaald, onder gezag van de officier van justitie.

  2. De officier van justitie kan de betrokken ambtenaren van politie de nodige aanwijzingen geven voor de vervulling van de in het eerste lid bedoelde taken.

Hoofdstuk 3 Het beleid ten aanzien van de politie en de organisatie van de politie

Artikel 22 PW 2012 [Bewapening, uitrusting en kleding]

Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld omtrent de bewapening, de uitrusting en de kleding van de ambtenaren van politie.

Artikel 25 PW 2012 [Landelijk politiekorps]

  1. Er is een landelijk politiekorps dat bestaat uit de volgende onderdelen:

    1. regionale eenheden, belast met de uitvoering van de politietaak;

    2. een of meer bij algemene maatregel van bestuur aan te wijzen landelijke eenheden, belast met de uitvoering van de politietaak;

    3. een of meer bij algemene maatregel van bestuur aan te wijzen ondersteunende diensten.

Artikel 27 PW 2012 [Taak korpschef]

  1. De korpschef is belast met de leiding en het beheer van de politie. De korpschef legt over de uitoefening van zijn taken en bevoegdheden verantwoording af aan Onze Rechter.

  2. De korpschef vertegenwoordigt de politie in en buiten rechte.

PreviousPolitiewettenNextAmbtsinstructie

Last updated 1 year ago

๐Ÿ“˜